1. In overleg met de burgemeester en het college van Roermond en Leudal enerzijds te onderzoeken hoe de handhaving op de Midden-Limburgse Maasplassen onderling op elkaar afgestemd kan worden en anderzijds bij het college van Gedeputeerde Staten van Limburg
aan te dringen op bestuurlijke urgentie om duurzaam te investeren in handhaving op de Midden-Limburgse Maasplassen.
2. Afhankelijk van de uitkomst van het overleg met de Provincie Limburg de inzet van een
gemeentelijke handhavingsboot samen met de gemeenten aan de Maasplassen te overwegen.